zondag 26 oktober 2014

Beste mensen, 


We beginnen te wennen aan Cambodja. 

Wat minder verbazing en verwondering maar een aanpassen aan het gewone leven. Weinig oog meer voor het vuilnis op straat, het los lopende vee, de gewoonte om ’s avonds je afval te verbranden of de stoet volgepakte motortjes. 

We leven in ons huisje, doen overdag ons werk en maken een uitje in het weekeind. Het blijft gewoon zomertijd en sleur ligt om de hoek.


De zaken gaan niet zoals we ze vanuit Nederland gewend zijn maar ze gaan. Het ritme ligt een stuk lager en de organisatie graad is belabberd. Een ieder is wel van goede wil maar op de een of andere manier neemt niemand persoonlijk de verantwoordelijkheid en gebeurt er dus weinig. Eén ding is in ieder geval zeker. Geld is er niet. Het lijkt wel of alles gedoneerd wordt. Niet zo vreemd wanneer je bedenkt dat niemand belasting schijnt te betalen. En geen belasting betekent automatisch geen overheidsfinanciering. Een ieder rommelt maar wat aan en zorgt voor zichzelf en zijn directe familie. Zo’n beetje als wat Martin thuis ook doet.



Ans heeft inmiddels een aantal bevallingen meegemaakt en verbaasd zich nog wel over de  chaotische werkvloer en het totale gebrek aan privacy voor de cliënt. Op de verloskamer waar twee verlosbedden staan lopen verschillende leerlingverloskundigen en vroedvrouwen rond. De één doet even iets bij de ene barende, loopt weer weg en dan doet een ander wat, loopt weer weg, een derde, een vierde, enzovoort.
Ze doen allemaal wat maar niemand heeft echt de leiding over de bevalling.





Handen worden nauwelijks gewassen en infecties door kruisbesmetting ziet men waarschijnlijk niet of nauwelijks omdat de vrouwen na de bevalling vlot weer terug naar huis gaan.  Bij meconiumhoudend vruchtwater hebben ze geen beschikking over een CTG apparaat. Dus geen controle over de conditie van het kind tijdens de weeën. Er wordt niet naar de harttonen geluisterd tijdens het persen dus ook dan hebben ze geen idee hoe de conditie van het kind is. Ze zien wel hoe of wat er komt en accepteren het resultaat, wat dat ook mag zijn.


Tijdens de baring is er bijna geen communicatie. Geen uitleg of bemoediging. De vrouwen laten alles gelaten over zich heen komen. Moesten we in Nederland eens proberen. Tijdens de uitdrijving worden schorten, laarzen en handschoenen gedragen. Standaard maatje 7, bijna voor iedereen te groot. 


Het regelen van het partogram blijkt in de praktijk lastiger dan Ans had verwacht. Huppakee en dat doen we even, niet echt. Waar vind je een digitale vorm van een partogram dat ook nog eens groot kan worden afgedrukt? Ans wordt van de ene persoon naar de andere gestuurd, maar niemand heeft er een in het Khmer. Uiteindelijk vindt ze een PDF bestand in het Provinciale Health District kantoor. Waar kun je zoiets nu laten plastificeren? Op het voorbeeld partogram staan maar liefst vier logo’s  van organisaties die meegeholpen hebben aan die donatie.
Maar goed, Ans geeft niet op en gaat het wel regelen.


We hebben vorig weekeind Chantra ontmoet die een kennis heeft in Phnom Penh die zoiets misschien wel kan maken wanneer we een voorbeeld aanleveren. Op basis van een scan en het PDF schijnt het voor $10,= per stuk te gaan lukken. We zullen zien wat het resultaat oplevert.




Daarnaast gaat Ans zich nu richten op het hechten. Iets wat in de praktijk niet of onvoldoende vakkundig gebeurt. Deze vaardigheid wordt tijdens de stages op de verloskamers niet echt geoefend. Daar is ook nauwelijks tijd voor want de primaire verloskundige gaat aan de slag na 1 jaar school en daarin zitten maar 3 weken praktijkstage. Het merendeel gaat dus zonder ooit gehecht te hebben aan het werk. Vrouwen die op het platteland bevallen worden daarom niet of nauwelijks gehecht mocht het na de bevalling nodig zijn. Met alle gevolgen van dien.


Het vertrouwen in de Cambodjaanse gezondheidszorg is laag. Sophea is zwanger en heeft bijvoorbeeld meer vertrouwen in een door Fransen opgezet ziekenhuis in Siem Reap waar gratis zwangerschapszorg geboden wordt. Om een echo te laten maken pakt ze op donderdag de bus. Dankzij de nieuwe brug over de Mekong ligt Siem Reap nu nog maar op zo'n 4-5 uur reizen van Stung Treng. Op vrijdagochtend gaat ze om 4.00 uur in de rij om een nummertje te trekken waarna ze om 11.30 uur geholpen wordt. De bus terug naar Stung Treng is dan al vertrokken dus ze komt op zaterdag weer naar huis. De echo heeft Sophea niet gezien maar schijnt goed te zijn.

Het ziekenhuis beschikt echter over een door VSO gedoneerd echo-apparaat en Ans besluit om opnieuw een echo te maken zodat Sophea haar kindje kan zien. Hoewel ze de deur dicht doet komen er toch een aantal artsen, verloskundigen en zelfs gewone ziekenhuisbezoekers meekijken hoe ze een echo maakt. Gelukkig lukt het. Sophea blijkt 12+4 weken zwanger en de foetus ziet er goed uit.
De volgende dag meldt Sophea dat Biju het wel erg jammer had gevonden dat hij er niet bij was. Dus weer een echootje maken. Ze kan het nog steeds. Wat bevreemdend is wel dat beide aanstaande ouders nauwelijks emotie uiten bij het zien van de echo. Het openlijk tonen van emoties is hier ongebruikelijk.
De katholieke Biju heeft Sophea wel voor de zekerheid een kettinkje geven met een Jezusbeeldje aan het kruis.
Voor het heil van de baby. De niet zo heel erg boeddhistische Sophea draagt nu een kruisje. Vertrouwen.




Martin is inmiddels ook gevraagd of hij Engelse les wil gaan geven aan de stafleden van het Provinciale Kantoor voor Educatie. Zij zijn geïnteresseerd in conversatie dus het zullen andere lessen  worden dan op het Regionale Training Centrum waar ze vooral beter willen kunnen lezen. Martin heeft eigenlijk weinig idee hoe deze lessen aan te pakken. Zijn Engels is goed genoeg maar er is geen lesmateriaal en de verschillen tussen het Khmer en het Engels zijn groot.

Het Khmer kent bijvoorbeeld geen werkwoord vervoegingen. Tegenwoordige tijd, verleden of toekomst blijkt uit de context. Ik gaan, ik gaan gisteren en ik gaan morgen. Simpel en duidelijk. Daarbij gebruiken ze nauwelijks voorzetsels en geen lidwoorden. Dus; Ik kopen voedsel markt gisteren, en hond groot of zoiets. Kortom het Engels met al zijn overtollige woorden en constructies valt de gemiddelde Cambodjaan moeilijk. Maar hé, onze beheersing van het Khmer laat ook volledig te wensen over dus communicatie verwarring al om. Het internet zal uitkomst moeten bieden voor geschikt lesmateriaal. Worden nog leuke lessen.



Rijst
Het weekeind is voor uitstapjes. We beschikken over twee fietsen en hebben inmiddels onze eerste omgevingstochtjes gemaakt. Hoewel het nog steeds regenseizoen is zien we dat het water in de rivieren al vele meters gezakt is en het land uitdroogt. Maja zal dit wel typisch vinden. “Wanneer Ans en Martin op vakantie gaan hebben ze altijd mooi weer.” Het graan is rijst en de appels en peren zijn kokos en banaan maar het platteland van Cambodja lijkt op dat van ons.
Ze hebben alleen geen slootjes. Iets wat wij misschien voor ze zouden moeten aanleggen. 















Wel is hier en daar een greppel met water waar waterbuffels verkoeling zoeken en kinderen een maaltje kikkers vangen.



Vorige week zondagochtend met Rolly en Marissa aan de overkant van de Mekong gefietst.We hebben een health centrum in een afgelegen gemeenschap bezocht en een opvang tehuis voor kinderen.

De oudste tempelruïne van Cambodja lag er klein en brokkelig bij vergeleken met Angkor Wat.



Na 5 uur fietsen om 13.00 uur volledig gekookt terug in Stung Treng. Maar de beloning was groot. Marissa is net terug uit Canada en ze heeft kaas meegenomen. De lieverd gaf ons een groot stuk mee. Lekker.

Li Hai

zondag 19 oktober 2014

De vrijwilliger


De verbazing van Machtelt en Pieter over vrijwilligers uit India, Kenia en de Filipijnen hadden wij natuurlijk ook. 
Er is toch meer dan genoeg te doen in hun eigen land???

Voordat we met de vrijwilligers naar de
Mekongwatervallen rijden eerst ontbijten.
Maar dat blijkt allemaal wel wat genuanceerder te liggen. 
Beata, de Keniaanse vrouw werkend in het opzetten van primair onderwijs antwoordde naar aanleiding van mijn vraag het volgende. “In Kenia lopen we een aantal jaren voor op Cambodja en dat maakt dat wij de juiste ervaring hebben hoe dit soort problemen met primair onderwijs aangepakt kunnen worden.” 
Kortom, allemaal maar een kwestie van perspectief. 
Hetzelfde geldt voor de Indiër en de vrijwilligers uit de Filipijnen.





We hebben inmiddels geconstateerd dat er verschillende soorten vrijwilligers in Cambodja aanwezig zijn.
Logisch natuurlijk, maar toch.

De jonge westerlingen in Phnom Penh. Zij zijn alleenstaand en willen hun horizon en carrière verbreden voordat ze zich gaan settelen. De Randstad meiden zijn een leuke, enigszins luxe, variant hiervan. Zij werken op expat basis in een ontwikkelingsland en kunnen na 3 maanden of maximaal een jaar weer terug naar Nederland en hun baantje bij Randstad vervolgen. Onze Annemiek wil bijvoorbeeld ook wel werkervaring opdoen tijdens een stageplaats bij een NGO om zo naast het reizen toch ook aan haar professionele toekomst te denken. Deze jonge ontwikkelingswerkers hebben de voorkeur om in de stad te blijven omdat daar een groter sociaal netwerk is dan op het platteland.
Expats onder elkaar.


De oudere westerling, zoals Ans, heeft al een werkzaam leven achter de rug en wil wel wat aan ontwikkelingshulp doen. Ze hebben in hun vak zo’n beetje alles gezien en zijn nieuwsgierig hoe het ergens anders gaat. Ze zijn bereid om hun kennis en ervaring in te zetten en wat van hun luxe leven in te leveren. Wanneer ze zich niet volledig kunnen of willen aanpassen aan het armoedige leven van de lokale bevolking kost het ze meer of minder eigen geld. Maar het is voor hen een bijzondere levenservaring om meer van de wereld te beleven en andere volken en culturen van heel dichtbij te ontmoeten. Verre vakantiereizen zijn ook niet goedkoop moet je maar denken.

Sophea en Biju


Naast de westerlingen zijn er de vrijwilligers uit wat wij zien als ontwikkelingslanden. In de praktijk zijn dit een soort beroepsvrijwilligers. Zij moeten wel in staat zijn om rond te komen van de vergoeding die ze ontvangen. Biju, de Indiër, woont bijvoorbeeld met zijn Cambodjaanse vriendin Sophea, de tolk van Ans, in een eenkamerwoning. Iets wat wij dus absoluut niet willen.





Beata
De Keniaanse Beata is nog niet zo heel lang in Cambodja. Zij is samen met een andere Afrikaanse man (Uganda) deze zomer vanuit Zuid-Sudan naar Cambodja gekomen. Eigenlijk een vorm van evacuatie aangezien VSO haar activiteiten in Zuid-Sudan, in verband met de burgeroorlog, heeft gestaakt. Vervelend voor hen is dat ze hier minder makkelijk kunnen werken omdat ze gediscrimineerd worden. Ze zijn zwart en worden gezien als ‘gastarbeiders’ die het thuis blijkbaar niet kunnen redden. Niets nieuws onder die zon natuurlijk.



Met Marissa en Rolly op bezoek bij een opvang tehuis voor kinderen



De Filipijnse vrijwilligers zijn ook al jaren in dienst van VSO. Zij hebben het voordeel dat ze als Aziaten makkelijker in deze omgeving opgaan dan wij.







Allan is hier inmiddels 2 jaar en zijn contract loopt af in april. Hij werkt zijn hele leven al in ‘governance’ (bestuur) en heeft hiervoor in de Filipijnen en een aantal jaren in Vietnam gewerkt. Zijn vrouw werkt op de Filipijnen en zijn kinderen zijn net zo oud als Annemiek en Michiel. Dat ze elkaar niet zo vaak zien is iets wat al jaren zo is en wordt door hen beide als onvermijdelijk geaccepteerd.
Hij zit nu in Cambodja omdat VSO Vietnam heeft verlaten. Blijkbaar zijn ze daar klaar (?). Wat er met hem in April gebeurt is nog niet duidelijk. Misschien verdwijnt hij richting Myanmar (Birma) wanneer er daar geld beschikbaar komt of wat dan ook. 
Het vervelende voor hem is dat zijn werkzaamheden altijd afhankelijk zijn van VSO en of de beschikbaarheid van buitenlandse fondsen. Korte termijnwerk terwijl hij van mening is dat hij minstens 4 jaar nodig heeft om iets te kunnen bewerkstelligen. Kijk naar Ans die in plaats van 18 maanden ook maar een 6 maanden contract (misschien 8?) heeft gekregen omdat VSO heeft besloten de geldkraan voor ‘Health’ in Cambodja in juli 2015 dicht te draaien. Fondsen problematiek waar we later nog wel eens op terug zullen komen.

Allan
Wij zijn gelukkig en dankbaar dat we een vrijwilliger als Allan hebben getroffen. Hij is de man die hier al een tijd zit en veel ‘vrienden’ heeft gemaakt. Maar ‘vrienden’ is een heel mager en relatief begrip. Hij stelt dat wij als vrijwilligers elkaar moeten helpen omdat we elkaars primaire sociale steunpunt zijn. Hij ziet veel te vaak dat vrijwilligers alleen maar met zichzelf bezig zijn en totaal geen sociale contacten hebben. En dan is vrijwilliger zijn een eenzame bezigheid. Wat hem betreft moet dat dus anders en wij zijn hem daar dankbaar voor.




Al met al verschillende soorten van vrijwilligers. Verschillende gezichtspunten en verschillende werkelijkheden. Duidelijk is wel dat wij ‘westerlingen’ nog steeds bovenop de gouden apenrots zitten. We worden vriendelijk ontvangen en als deskundig beschouwd. 







En mocht het ons allemaal vies tegenvallen? Wij hebben altijd een ‘escape’. 
We kunnen terug naar huis en onze veilige vertrouwde sociale omgeving.



Nazit in de Guitar Milk Cocktailbar



Li Hai


zondag 12 oktober 2014

Het partogram



Ons huisje wordt wat huiselijker door foto’s van de kinderen aan de muur en een plant in de kamer.
















De eerste week van inventariseren en observeren zit erop. 

Ans heeft een productieve week gehad en borrelt van de plannen om aan de slag te gaan. Martin gaat Engelse les geven aan docenten die al enige taalvaardigheid hebben. Het lesgeven aan de studenten die enkel Khmer spreken lijkt een schier onmogelijke taak.  Door het geven van Engelse les aan de docenten zullen die hopelijk wat beter in staat zijn om de Engelstalige literatuur en vakbladen te lezen die zij nodig hebben om hun kennis te vergroten en over te dragen.



De ‘Maternity Ward’ van het ‘Referral’ ziekenhuis, waar Ans gaat werken, stemt niet tot vrolijkheid. Wat een armoede en ook de hygiëne laat nog al te wensen over. Er is blijkbaar geen geld om genoeg schoonmakers te betalen en de familie van de zwangere wordt geacht om de omgeving van het bed schoon te houden. Ze brengen zelf hun eten en soms water mee en er is geen enkele privacy.
De verloskamer is ongeveer 8 bij 10 meter en bevat naast 2 verlosbedden een spoelkeuken, een koelkast, een medicijnkast en een bureau waar zo’n 6 -7 mensen om heen zitten. Gelukkig kan er nog wel een gordijn dichtgetrokken worden. Kan …. maar dat gebeurt nauwelijks. De kasten en de vloer zijn vies. Wel is er een steriliseerkamer om de instrumenten te steriliseren, gebruiken ze steriele handschoenen en wassen ze goed hun handen.


Het kennismakingsgesprek met de praktijkbegeleiders, die Ans gaat ondersteunen, was plezierig. 


Ze lijken gemotiveerd om van Ans te leren al bleken hun verwachtingen wat anders dan wat op papier de bedoeling is. Zij denken dat Ans bij de bevallingen gaat helpen wanneer er problemen optreden zodat zij vervolgens van haar kunnen leren. Ze gaan ervan uit dat Ans een arts is of een 2e lijns verloskundige maar ze is maar een ‘simpele’  1e lijner. 



Maar goed wanneer de praktijkbegeleiders wat van haar kunnen leren is dat natuurlijk meegenomen. Er is de afspraak gemaakt dat Ans overdag bij de bevallingen kan gaan kijken. Nu maar zien of ze haar ook daadwerkelijk gaan bellen. De afgelopen 3 dagen is dit in ieder geval nog niet gebeurt terwijl er wel al vrouwen bevallen zijn.

De bedoeling van de werkovereenkomst is dat Ans de praktijkbegeleiders gaat ondersteunen in het begeleiden van de studenten verloskunde opdat die vervolgens beter opgeleid worden. Nu is het zo dat er weliswaar studenten in het ziekenhuis aanwezig zijn maar die hangen maar wat rond wanneer er geen bevalling is. Die tijd kan natuurlijk nuttiger gebruikt worden en daartoe is een eerste aanzet gemaakt. Er is besloten om het gebruik van een partogram te gaan oefenen, de reanimatie van de pasgeborene te behandelen en het hechten aan te pakken.



Op school gebruiken ze een groot geplastificeerd partogram waarop met uitwisbare stiften geschreven kan worden. Het partogram is een grafiek van meetpunten bij een bevalling. Meten is weten. Als blijkt dat ingrijpen in het normale proces van bevallen wenselijk is moet er doorverwezen worden naar het ziekenhuis voor hulp.






Het gebruik van een partogram kan ook van groot belang zijn voor de verloskundigen die in de meer afgelegen gemeenschappen werken. Het niet of te laat doorverwijzen naar het ziekenhuis is een van de redenen dat moeder- en kind sterfte in Cambodja zo hoog is. Het late doorsturen is tevens frustrerend voor de hulpverleners in het ziekenhuis omdat adequate hulp dan vaak niet meer mogelijk is.
Het idee is om zo’n groot partogram in het ziekenhuis te gaan gebruiken en Ans gaat kijken of het maken hiervan in Phnom Penh te regelen valt.




Voor lesmateriaal is er, zoals ook Martin op de school al had geconstateerd, eigenlijk niet of nauwelijks geld beschikbaar. De lessen lijken, mede door een totaal ontbreken van boeken, voornamelijk op praktijk en vaardigheid gericht.







En dit is een zaak die we overal terug zien. Eigen geld voor onderwijs, gezondheidszorg of overheidstaken is er nauwelijks. De meeste mensen (ook directeuren, artsen, verloskundigen en verpleegkundigen) hebben een 2e of 3e baantje erbij omdat hun werk zo slecht betaald wordt dat ze er niet van rond kunnen komen.

Acceptatie en ‘Go with the flow’ lijkt de overheersende levenshouding.

Buitenlandse fondsen en giften zijn een vast onderdeel van de Cambodjaanse realiteit.
Wanneer iemand bereidt en in staat is om bijvoorbeeld wat reanimatiepoppen te regelen zijn ze hier erg gelukkig. Een valkuil is wel dat deze ‘giften’ vaak ad hoc en éénmalig zijn en niet of nauwelijks leiden tot een structurele verbetering. Een onnozel klein maar jammerlijk treffend voorbeeld is de aanwezigheid van stapels geschonken Engelstalige studieboeken in de schoolbibliotheek die geen mens kan lezen. Laat staan dat ze gebruikt worden voor de studenten die meer hadden gehad aan studiemateriaal in Khmer.

Maar ja …..  zo zijn er talloze momenten dat ons verstand stilstaat terwijl onze monden openvallen.


Impressies uit Cambodja, de zin en onzin van ‘ontwikkelingshulp’ wordt vervolgd …..

ps

Vandaag een dagje uit op de motor. Om 7 uur vertrokken richting de Mekongwatervallen. 
80 km verderop richting Laos, zo'n 2 uur rijden.



Het was weer een mooie dag in Cambodja.

Li Hai

zondag 5 oktober 2014

Hoi lieve mensen,


We zijn verhuisd.


Geen hotelkamer meer maar sinds gisteren onze eigen Cambodjaanse paalwoning.


Maandag zijn we vanuit Phnom Penh naar Stung Treng gekomen.
Samen met Thann, de ‘Health Manager’ van VSO, zijn vrouw en 2 andere VSO-ers een lange maar gezellige dag in de auto over meer of minder begaanbare wegen. De sfeer in de auto is goed. Een dagje uit. Ans mag voorin zitten en Martin zit tussen de 3 anderen op de achterbank. Het Khmer is voor ons niet te verstaan maar de sfeer in uitstekend. Amicaal een hand op Martins knie en veel lachen.
’s Avonds worden we in een hotel in Stung Treng achtergelaten terwijl de VSO-ers doorreizen naar Ban Lung. 
Woensdag komt Thann terug om ons te introduceren bij de verschillende werkinstanties. 

De volgende morgen hebben we een afspraak om 8 uur maar met wie of hoe en wat is ons niet geheel duidelijk.




Daar zitten we dan aan de hoofdstraat van Stung Treng, die er bij Google Earth fraai bijlag maar nu is opengebroken voor het aanleggen van een verbeterde drainage of riolering.

Het is nu veranderd in een zandhoop en blubberplassen.




Het ontvangstcomité dinsdagochtend bestaat uit twee VSO vrijwilligers en hun Khmer assistent.
Bi-ju, een gemoedelijke Indiër (35) en een even vriendelijke Rolly (43) uit de Filipijnen. Ze introduceren ons kort in het ziekenhuis en laten ons de kantoorruimtes zien.
Vervolgens gaan we achterop de brommer op huizenjacht.
We hebben mazzel en de keuze blijkt uiteindelijk simpel.

De eerste woning die we bezichtigen ligt ongeveer een kilometer buiten het plaatsje maar ziet er fraai en ruim uit. Huiskamer, 2 slaapkamers, keuken en wc met douche.
Een typische Cambodjaanse paalwoning van tropische hardhout. Nadeel is dat de eigenaar $250,= per maand vraagt en VSO in principe $ 180,= en maximaal $200,=  vergoed. Kortom boven ons budget. 

De volgende woning is een begane grond-woning die momenteel bewoond wordt door een andere vrijwilliger die binnenkort vertrekt. We kunnen het huis niet van binnen bezichtigen maar het geheel lijkt wat klein en benepen. Daarbij komt dat er geen vrije ruimte is om het huis.

De derde en laatste optie is aan de rivier. Dit is werkelijk beangstigend. Achter een hek zijn twee donkere woninkjes. De ruimte is benauwd, kaal en betegeld. Het gehele pandje is misschien 10 bij 2,50 meter. Geen ramen, nauwelijks meubilair en het slaapkamertje er achter is nog enger en over de wc/douche zullen we het maar niet hebben. De buren, een gezin met twee kleine kinderen, hebben wel een soort van keukenhokje en zijn bereid van woning te ruilen dan wel hun gasstelletje in de kale ruimte bij ons te zetten. Nee dank je wel. Geen kans dat we in zo’n gevangenisachtig warm hok kruipen. We zouden ons doodongelukkig gaan voelen. Brrrrrrrrr.

Simpel dus. We willen de paalwoning die nu opeens wel heel luxe en riant lijkt. Thol, de Cambodjaanse vrijwillers-assistent van Bi-Ju gaat onderhandelen met de eigenaar van de paalwoning en weet de huur te verlagen tot $220,= per maand. Makkelijk het verschil tussen de woningen is zo groot dat we met liefde wat uit eigen zak bijleggen. Zaterdag kunnen we de woning betrekken. Raar idee is wel dat het stel wat er nu in woont er dan dus uit moet en vervolgens beneden ons gaat wonen in het schuurtje. Dit vinden we wel bezwaarlijk maar Bi-Ju verzekert ons dat dit heel normaal is. Zij vangen nu huur en dus gaan ze er uit. Oké wij zijn heel blij met deze woonoptie.

Tussen de middag gaan we nog even langs bij Beate (60?), een Keniaanse VSO-vrijwilligster die een nog grotere paalwoning huurt dus we voelen ons helemaal gelukkig met onze keus.


’s Avonds voegt Alan (58), ook een Filipijn, en Sophea (31), de Khmer vriendin van Bi-Ju zich bij ons en zitten we gezellig op het terras aan de rivier een biertje te drinken.
De VSO-ers hier in Stung Treng zijn van onze leeftijd (40-50) en de klik is prima. We voelen ons met hen meer op ons gemak dan met de vooral jongere (20+) vrijwilligers in Phom Penh.
We voelen ons zeer opgelucht en dankbaar en zijn blij dat onze eerste dag zo verlopen is.




De volgende dag (woensdag) maken we met Thann een rondje langs de belangrijke mensen voor Ans haar werk. We beginnen met de directeur van de regionale ‘Nursery-Midwife’ school en de medewerkers van de verpleegkundigen en verloskundigen opleiding. Martin maakt voor volgende week maandag een afspraak met een oudere Amerikaanse ‘missionary nurse’ om te praten over het geven van Engelse lessen aan de studenten. 




Na de lunch gaan we naar het ziekenhuis om kennis te maken met de ziekenhuisdirecteur en Thong Som, een Khmer verloskundige van 60 en de ‘line manager’ van Ans. Daarna volgt er een rondleiding. De tranen springen Ans in de ogen bij de toestand op de kinderafdeling.







Aan het einde van de dag opnieuw met Bi-Ju, Sophea en de twee Fillipijners, Rolly en Alan aan de oever van de rivier voor een drankje. Met name Alan blijkt een man vol verhalen en iemand met veel connecties in de regio. Die we natuurlijk allemaal moeten ontmoeten en dit en dat enz. enz. ….. Heerlijke lui.

De rest van de week blijven de 3 mannen zich over ons ontfermen. Sophea wil graag Ans haar VA (volenteer assistent) worden. Ans kan voor halve dagen een Khmer tolk inhuren en Sophea lijkt de ideale persoon daarvoor. Dus houdt Ans een vorm van sollicitatie gesprek en ... geregeld. 
Het feit dat Sophea net 8 weken zwanger is lijkt nu nog geen probleem. Geeft wel meteen een extra band met de aanstaande vader Bi-Ju.

Later zullen we dieper ingaan op de complexe materie van hulpverlening en ontwikkelingslanden. De armoede, de lage lonen en handenarbeid, viezigheid, corruptie, vriendjes politiek, gebrek aan fondsen, gekrabbel, geduld, wanhoop enz. enz.
Maar ook het ongebreideld optimisme en de wil om er wat van te maken. Erg boeiend en interessant.  “Go with the flow” en acceptatie is typisch voor de aardige Cambodianen die wij om ons heen zien en waar we kennis meemaken.

Gisteren zijn we dan verhuisd. Om 8.00 uur stonden Thol en zijn vader voor de deur van ons hotel. Achter de brommer een houten karretje met twee fietsen. De fietsen worden eerst naar een fietsenmaker gebracht voor wat reparaties daarna onze spulletjes in de kar en Ans en Martin samen achterop de brommer van Thol naar ons nieuwe huis.  We trekken de aandacht van de plaatselijke bevolking. 

Bij het uitladen van onze rugzakken komen Bi-Ju, Sophea, Rolly en Alan aan gebrommerd om ons te helpen. Wat een vriendelijke mensen zijn dat toch. Martin gaat samen met Thol naar de bank en probeert tevergeefs voor 3 maanden huur te pinnen (blijkbaar maximaal $300,= terwijl we er 660 nodig hebben) en komt onder applaus met een fiets terug.








Aangezien er geen keukengerei aanwezig is vertrekken we naar de markt voor servies, bestek, wok en pan, emmer, afwasteiltje etc. Erg leuk om te zien hoe Sophea in rap onverstaanbaar Khmer onderhandelt met de marktvrouw en winkeliers in het dorp.






Na de lunch worden we netjes thuis gebracht en beginnen we met soppen, soppen en soppen. Khmer ‘schoon opleveren’ betekent in de praktijk een bezem er door heen.
Bah, dus soppen, soppen en morgen nogmaals soppen.



Tot slot fietst Martin met Ans achterop, een hele attractie voor de Cambodjanen die ons vrolijk toelachen, naar het dorp om ook voor Ans de fiets op te halen en ’s avonds met een kopje koffie op ons terras voelen we ons thuis in Stung Treng.


's Avonds wel even wennen aan de slaapkamer en de luiken dicht voor het onweer maar uiteindelijk vallen we vermoeid in slaap.
Het geluid van duizenden krekels en wat Gekko’s in de nacht gaat om 6.00 uur over in hanengekraai en het geklingel van koebellen. Goedemorgen Stung Treng. 

De dag begint hier op 6.00 uur en wij passen ons aan.




Morgen de eerste echte werkdag voor Ans en Martin gaat naar het Regionale Trainings Centrum. 
Ans wordt door haar VA opgehaald en gaat bij haar achterop de motor richting ziekenhuis.
Later moet Martin ook maar een rondje rond de pagode maken voor zijn motorrijbewijs.

Awkoun en Li Hai, (bedankt en tot ziens)



Wordt vervolgd……….. Soap